









Rijtest – Hyundai Bayon
De Bayon zag in 2021 het levenslicht en is wat de moderne autowereld een B-segment crossover noemt. Dat klinkt chic, maar in feite is dit gewoon de kleinste SUV van Hyundai – zo compact dat zelfs de kleine Kona er ineens uitziet als een flink uitgevallen oom op een familiefeestje. De Bayon kwam in de plaats van de ix20 en is technisch gezien niet veel meer dan een opgehoogde i20 hatchback. Omdat tegenwoordig iedereen graag wat hoger wil zitten, besloot Hyundai simpelweg de stoelen te verhogen, de kofferbak uit te breiden, en voilà: een nieuw model, de Bayon. En die naam? Die is afgeleid van het Franse Bayonne – een stadje dat volgens Hyundai exotisch en Europees genoeg klinkt.
Toch moeten we niet te cynisch zijn, want de Bayon is stiekem een verrassend degelijke auto. In 2022 werd hij zelfs uitgeroepen tot ‘Beste Importauto’ door het Duitse Auto Bild. Inderdaad, Hyundai – een Koreaans merk – sleepte de prijs voor ‘beste geïmporteerde SUV’ in Duitsland in de wacht. Je kunt je voorstellen hoe pijnlijk dat moet zijn geweest voor de ingenieurs in Wolfsburg en Rüsselsheim, die die avond waarschijnlijk hun bratwurst en pilsner met tranen hebben doordrenkt.
Wat zagen de Duitsers (en anderen) in de Bayon? Vooral een vlotte uitstraling, een ruim interieur en een uitrustingsniveau dat je zelden vindt in deze prijsklasse. De Bayon oogt als een moderne sportschoen: comfortabel, trendy en handig genoeg voor zowel een chique etentje als een snelle boodschap bij de buurman.
In 2024 kreeg deze Koreaans-Franse modecrossover een lichte facelift. Van een revolutie is geen sprake, maar laten we eerlijk zijn: niet alles hoeft op z’n kop. Soms is een nieuw laagje make-up voldoende om iets weer fris en aantrekkelijk te maken. Daar is helemaal niets mis mee.
Wat meteen opvalt is de smalle LED-strip aan de voorzijde, trots ‘Seamless Horizon’ genoemd. Hierdoor lijkt de Bayon een beetje op een ruimtecapsule met een zonnebril. Ook de bumper en grille zijn vernieuwd – smaller en sportiever dan voorheen. De onderste beschermplaat vooraan lijkt van metaal, maar laten we eerlijk zijn: niemand gaat met deze auto het bos in om paddenstoelen te zoeken. Het ziet er in elk geval stoer uit – precies wat een kleine SUV moet uitstralen.
Achteraan zijn de achterlichten voorzien van een nieuw, stijlvol lichtsignatuur en worden ze verbonden door een slanke horizontale strip. De achterbumper bevat nu meer carrosseriekleur en een kleine nep-diffuser – het voegt aerodynamisch niet veel toe, maar Hyundai laat zo wel zien dat ze weten wat een diffuser is.
De afmetingen zijn onveranderd: 4,18 meter lang, 1,78 meter breed en ruim 1,5 meter hoog. In plaats van te sleutelen aan het formaat, heeft Hyundai zich gericht op slimme ruimtebenutting, met als resultaat een opvallend grote kofferbak van 411 liter. Het blijft een kleine crossover, maar je krijgt er moeiteloos een paar grote boodschappentassen of een middelgrote hond in.
Binnenin is de Bayon precies wat je verwacht van een compacte Koreaanse crossover waarvoor je geen bank hoeft te overvallen of de sieraden van je schoonmoeder naar het pandjeshuis moet brengen. Het is geen Zwitsers horloge of Italiaans designmeubilair – denk eerder aan een goed georganiseerd bureau, waar functie en logica belangrijker zijn dan pure schoonheid.
Materialen? Verwacht geen exclusief leer of glimmend metaal. Alles is overwegend zwart en grijs – misschien zelfs wat somber. Alsof de ontwerper zijn inspiratie haalde uit een novemberdag in Scandinavië of een regenachtige middag in Birmingham: praktisch, maar niet bepaald vrolijk. De stoelen zijn bekleed met stevig textiel dat waarschijnlijk een kernoorlog of kinderverjaardag met ijs zal overleven. Sierlijke details zijn schaars – een Bayon is niet bedoeld voor flashy Instagrammers, maar voor wie gewoon van A naar B wil komen.
Wat de Bayon redt, is zijn praktische inslag en ergonomie. Elke knop en schakelaar zit waar je die verwacht, en dankzij de hoge zit heb je uitstekend zicht – je kijkt als een giraffe over de andere auto’s heen. Het digitale instrumentenpaneel is in de basisversie zo groot als een gemiddelde smartphone, maar in de duurdere uitvoeringen krijg je een fraai 10,25 inch scherm met verschillende weergaven per rijmodus.
Midden op het dashboard prijkt een flinke – wederom 10,25 inch – touchscreen, standaard op elke Bayon. Zelfs de voordeligste versie heeft dus een scherm waar menig Duits merk jaloers op zou zijn. Uiteraard ondersteunt het infotainmentsysteem ingebouwde navigatie, Apple CarPlay, Android Auto en Bluetooth. Kaarten kunnen voortaan online worden geüpdatet.
Passagiers kunnen hun telefoon opladen via één USB-A en twee USB-C-poorten, en luxere uitvoeringen bieden een draadloos oplaadvlak. De topmodellen zijn zelfs uitgerust met een Bose-geluidssysteem met acht speakers en een subwoofer – een luxe die je eerder bij Audi of Lexus verwacht, niet bij Hyundai’s instap-SUV.
Als je instapt in de Bayon, voelt het alsof je een sprongetje terug in de tijd maakt – niet naar de toekomst, maar naar een tijd waarin de handrem nog gewoon een hendel was en je de temperatuur regelde zonder acrobatiek op een touchscreen.
Inderdaad, Hyundai gelooft niet dat moderniteit altijd zaligmakend is. Terwijl Volkswagen hun dashboards volpropt met schermen – tot in het handschoenenkastje aan toe – houdt Hyundai het gewoon bij fysieke knoppen en hendels. De Bayon heeft een klassieke handrem, een echte pook en ouderwetse draaiknoppen voor de klimaatregeling. Misschien wat ouderwets, maar stiekem heel slim.
Toch is de Bayon geen anti-technologie-auto. Hyundai weet heus wel dat het 2024 is. De binnenverlichting is nu volledig LED, en de duurdere versies bieden sfeerverlichting met keuze uit 64 kleuren.
Ruimte is het geheime wapen van de Bayon. Door het hoge dak en slim gevormde stoelen hebben zelfs lange passagiers achterin zeeën van hoofdruimte. De wielbasis is lang genoeg voor de langste vrienden. De stoelen zijn zacht en comfortabel – ideaal voor stadsverkeer of een ritje over de snelweg, al zal dat laatste niet dagelijks gebeuren.
Qua materialen blijft Hyundai nuchter: vooral harde kunststoffen, maar nergens voelt het verkeerd aan. Geen kraakjes, alles zit degelijk in elkaar – precies wat je van een Koreaan verwacht.
En dan de kofferbak: verrassend ruim en handig, met een dubbele bodem zodat je boodschappen en paraplu’s netjes gescheiden kunt vervoeren.
Qua uitrusting is de Bayon volgehangen met elektronica en hulpsystemen die constant alles in de gaten houden en je waarschuwen als er iets mis dreigt te gaan. Zo is er actieve rijstrookassistentie die je aanspoort je handen aan het stuur te houden, automatische noodremassistentie bij overstekende voetgangers, en slimme cruise control die zelfs bochten en snelheidslimieten herkent. De Bayon bewaakt je dode hoek, waarschuwt als je slaperig bent of afgeleid raakt, en geeft je seintjes bij het stoplicht als iedereen al weg is en jij nog met je telefoon bezig bent. Alles wordt begeleid door een orkest aan piepjes en bliepjes – soms lijkt een audiosysteem bijna overbodig.
Natuurlijk ontbreken airbags, ABS, ESC en het nieuwe 4G-gebaseerde eCall-noodsysteem niet. Klinkt als een Duitse luxewagen? Nee hoor, gewoon Hyundai’s kleinste SUV, die zich soms even een S-Klasse waant. Maar het is prettig om te merken dat er aan je veiligheid gedacht is.
Met de facelift is het motorengamma flink uitgedund. Waar je voorheen nog een 120 pk sterke turbo kon kiezen, moet je het nu stellen met minder, want de krachtigste versie is stilletjes verdwenen. Overblijft de 1.0-liter driecilinder T-GDi, goed voor 100 pk en maximaal 200 Nm koppel als je de mild-hybrid neemt. Niet verkeerd, maar met een sprint van 0-100 km/u in 11,3 seconden wordt het geen sportwagen. Genoeg voor een pak melk of een rondje stad, maar daar blijft het bij.
Voor de echte doorzetter is er nog de atmosferische 1.2 met 79 pk, waarmee de 0-100 zelfs 14,2 seconden duurt – zo levendig als een vermoeide labrador, maar wel zuinig.
Qua transmissies verandert er weinig: een handbak met zes versnellingen of een 7-traps automaat (DCT), die snel schakelt, maar in de stad soms wat schokkerig is – alsof een onzekere leerling achter het stuur zit.
Samengevat biedt de Bayon een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding, een bijzonder ruim interieur voor zijn klasse, een eenvoudige kunststof cabine en weinig spannende, maar zuinige prestaties. De Bayon is aangenaam onopvallend – hij doet zich niet anders voor dan hij is. Hij doet gewoon wat hij belooft, doet dat goed, en voegt daar nog een vleugje stijl aan toe.