




































Mercedes EQB: Wanneer een auto deel uitmaakt van je leven, niet van je ego
Sommige auto’s willen meteen indruk maken. Andere doen daar niet moeilijk over. Ze zijn er gewoon, zoals je favoriete trui of die vriend die misschien niet de show steelt, maar wel altijd klaarstaat als het nodig is. De Mercedes-Benz EQB is precies zo’n auto. Niet het soort poster dat je puberzoon aan de muur hangt, maar absoluut de sleutel die je het vaakst pakt als je de deur uitgaat.
Mercedes heeft genoeg opvallende, volgepakte elektrische modellen gebouwd: EQS, EQE, zelfs de EQC. Maar ergens tussen al die schitterende leddiodes en massagestoelen in vol leder was er ruimte voor iets minder uitbundigs en juist meer bruikbaar in het dagelijks leven. Daar komt de EQB om de hoek kijken.
Dit is niet de auto die je kiest voor Instagram. Hij is niet sportief of agressief, en eerlijk gezegd lijkt hij behoorlijk op een gewone GLB, maar dan met een laadkabel uit de achterkant. Precies dat maakt hem charmant. Deze EV probeert geen futuristisch ruimteschip te zijn. Hij doet gewoon wat hij moet doen: slim, stil en betrouwbaar.
Zijn grootste kracht? Onversneden praktische inzetbaarheid. Als je ooit drie kinderen, een kinderwagen, een fiets, twee honden en een kast in één auto hebt geprobeerd te proppen, weet je precies wat we bedoelen. De EQB krijgt dit voor elkaar — nou ja, bijna. Maar als je ouders van het vliegveld moet halen en de kinderen van school, is die optionele derde zitrij goud waard. Geen limousine, maar in elk geval hoeft niemand op schoot.
Binnen de EQ-familie voelt hij als de stille middenweg. Als de EQA het jonge, drukke broertje is dat altijd het laatste woord wil en de EQS de formele oom met zijn gevolg, dan is de EQB degene die het eten meeneemt en na afloop opruimt. Niet opvallend, wel onmisbaar.
Voor modeljaar 2025 krijgt de EQB een subtiele update: nieuwe LED-verlichting, wat elektronische verbeteringen en vooral sneller laden en logischere uitvoeringen. Er is de 250+, die ver komt maar niet snel is. De 350 is vlot maar verbruikt de accu als een kerstmaaltijd. En dan is er de EQB 300 4MATIC — de verstandige middenweg die nergens achterblijft, maar ook niet doorschiet.
De EQB doet zich niet anders voor dan hij is. Geen schijn van sportiviteit of F1-gevoel, maar wel een auto waarmee je het leven op orde lijkt te hebben. Eerlijk is eerlijk: deze auto is niet glamorous. Hij is gewoon goed.
Het ontwerp deelt veel met de GLB: rechte lijnen, een hoog dak en een hoekig silhouet — geen toeval. De EQB is niet vanaf nul als EV ontworpen, maar slim geëlektrificeerd op een bestaand model. Voor puristen lijkt het misschien een compromis, maar het levert vooral veel ruimte en bruikbaarheid op, voor het echte leven, niet alleen voor het oog.
Met 4,68 meter lengte, 1,83 meter breedte en 1,67 meter hoogte is hij groter dan een doorsnee compacte SUV. Hij oogt lang en hoog en geeft je het gevoel van een volwaardige gezinsauto, geen opgeblazen hatchback. De wielbasis van 2,83 meter brengt balans tussen binnenruimte en een solide, goed geproportioneerde uitstraling.
Overdreven vormen zijn er niet — geen gekke rondingen of sciencefiction-elementen. Gewoon eerlijke, heldere lijnen die na een paar dagen nog mooier lijken. Hij is eigenlijk een premium versie van andere hoekige SUV’s, waarbij functionaliteit geen excuus is, maar juist een designwaarde.
De nieuwe grille is een zwarte plaat met kleine Mercedes-sterren — als een nachtelijke hemel, S-Klasse-stijl. Het oogt chic en bescheiden en maakt de neus breder en hoger. Aan beide kanten verbinden nieuwe LED-strips de koplampen en achterlichten, wat de EQB een modern familiegezicht geeft. Nieuwe wieldoppen, strakkere lijnen en extra bodembescherming zorgen voor betere efficiëntie. Geen revolutie, maar wel een merkbare upgrade. Kleuren als Spectral Blue en Alpine Grey geven hem karakter.
Binnen voelt het interieur als een Bauhaus-woonkamer: strak, functioneel en ruim genoeg voor drie kinderen, een moeder, twee boodschappentassen en de kat (die autorijden haat, maar toch meegaat).
Het dashboard bestaat uit twee grote schermen samengevoegd tot één breed paneel — links de cruciale info voor de bestuurder, rechts alles waarmee de kinderen kunnen spelen. Turbinevormige ventilatieroosters doen aan straalmotoren denken, vooral in AMG Line met roze sfeerverlichting: een vleugje "Blade Runner" lounge.
De materialen zijn degelijk. Ja, er is plastic, maar dan zacht en niet het krakende soort. De stoelen zijn groot, comfortabel en bieden fijne steun — als een vriendelijke omhelzing. Denk je dat de derde zitrij nutteloos is? Klein is hij wel, maar twee kinderen passen zonder te mopperen, en dat is al wat waard.
De kofferbak is slim in te delen: plek voor een vouwfiets, een kinderwagen en dan nog lucht over. Geen frunk — onder de motorkap zitten onmisbare componenten die ‘geen bagage kunnen hebben’. Maar alles wat je nodig hebt past achterin — en nog wat meer.
MBUX-infotainment werkt als een copiloot die echt luistert. Zeg “Hey Mercedes, ik heb het koud” en de verwarming gaat aan. Voeg daar augmented reality-navigatie aan toe, instelbare sfeerverlichting en een geluidssysteem dat Spotify als een concertzaal laat klinken, en je hebt een interieur dat niet opschept, maar alles stilletjes regelt.
Dit is precies het soort interieur waar je blij van wordt, ook als je 45 minuten in de file staat met Ed Sheeran voor de derde keer op de radio. De EQB is rustig, ruim en opvallend doordacht.
De lijst met veiligheidssystemen is langer dan het boodschappenlijstje voor de feestdagen. Mercedes is altijd die stipte Duitse oom geweest die niks half doet — zeker niet op het gebied van veiligheid. Hij pakt zijn handschoenen, zet zijn bril op en ontwerpt alsof hij elke dag zijn eigen kinderen naar school brengt.
Beginnen we bij de onzichtbare hulpmiddelen — de rijhulpsystemen. Het zijn er zoveel dat het voelt alsof de auto altijd subtiel meedenkt, waarschuwt of zelfs ingrijpt als je wordt afgeleid door je telefoon. Alles wat je mag verwachten is aanwezig: automatische noodrem, vermoeidheidsherkenning, verkeersbordherkenning, dodehoekwaarschuwing, rijstrookassistent, kruispuntassistent en waarschuwing voor kruisend verkeer.
Distronic adaptieve cruise control werkt als je meest betrouwbare bijrijder. Hij houdt afstand, remt en versnelt, stuurt bij waar nodig en — anders dan echte mensen — klaagt nooit als je iets te vlot inhaalt. Richtingaanwijzer aan en de EQB wisselt zelf van rijstrook — je hoeft je nek niet te verdraaien of je hoofd uit het raam te steken.
Parkeerhulp? Natuurlijk. Druk op een knop en de auto zoekt een plek, draait het stuur en parkeert zichzelf zo precies als een Duitse gepensioneerde — tot op drie centimeter van de stoep. De 360-graden camera toont de omgeving als een Lego-bouwplaat: gedetailleerd genoeg om je kat achter het achterwiel vandaan te zien schieten.
Uiteraard heeft de EQB zeven airbags, inclusief een knie-airbag voor de bestuurder — want ergens bij een crashtest bleef een knie onbeschermd, en Mercedes dacht: ‘Ook dat lossen we op.’ Alles beschermd door een stevige carrosserie van de GLB, een auto die gebouwd is om zowel een frontale als een achteraanrijding te doorstaan.
Eerlijk is eerlijk: de lijst met veiligheidsfeatures is zo uitgebreid dat je het meeste pas merkt als het nodig is. Maar dat is precies wat het moet doen: op de achtergrond waken en pas ingrijpen als je bijvoorbeeld tijdens het achteruitrijden je koffiebeker zoekt.
De Mercedes-Benz EQB is geen snelle jongen. De EQB 350 4MATIC doet nul tot honderd in ongeveer zes seconden, de ‘gouden middenweg’ EQB 300 4MATIC in net geen acht. Maar daar draait het niet om. Wil je adrenaline? Koop een motor of een parachute. Zoek je een auto die je niet bij elke dot op het gaspedaal laat schrikken, maar juist stil en zelfverzekerd voortglijdt, dan is de EQB je keuze.
Er zijn drie aandrijflijnen: de EQB 250+ met voorwielaandrijving en de grootste accu biedt tot 534 kilometer per lading — ruim voldoende. Optrekken gaat zo zacht als een slapende kat wekken: rustig en een tikkeltje chagrijnig.
De EQB 300 4MATIC — de geteste versie — levert 228 pk, 390 Nm en vierwielaandrijving. Geen F1, maar bij het stoplicht ben je snel genoeg om sommige diesels achter je te laten. Nul tot honderd in 7,6 seconden.
De EQB 350 4MATIC is je raket als je alle kinderen naar sport moet brengen en daarna snel naar de bouwmarkt: 292 pk, 6,2 seconden naar honderd. Maar dan is de accu ook snel leeg en vraag je je af: ‘Had ik dit echt nodig?’
Het onderstel is heerlijk comfortabel, maar wordt nooit deinend als een oude sloep. Hij helt in bochten zonder te zwalken en heeft vierwielaandrijving — niet om mee te modderen, maar als slimme verdeler van kracht per as, afhankelijk van de grip. Je merkt het niet — en dat is precies de bedoeling. De auto doet gewoon zijn werk. Hij houdt koers. Hij helpt.
Het stuurgevoel is, tsja, elektrisch. Niet spraakzaam, maar wel precies en betrouwbaar als de Duitse spoorwegen. Licht in de stad, zwaarder op de snelweg, maar altijd met controle.
De EQB ondersteunt geen ultrasnellaadvermogen van 350 kW zoals een Porsche Taycan of Hyundai Ioniq 5. Maar eerlijk: wie heeft dat dagelijks nodig? De EQB laadt met maximaal 100 tot 135 kW (afhankelijk van de versie), dus 10 tot 80 procent kost ongeveer een half uur. Precies genoeg voor koffie, een belletje en snel checken of je partner de kinderwagen heeft ingeladen.
De eerste keer met de EQB gebeurt er niet veel. Geen wauw-gevoel. Geen drang om iedereen te bellen met: ‘Moet je horen wat ik rijd!’ Geen versnelling die je in de stoel drukt of dashboard met lichtshow. De auto rijdt gewoon — stil, zonder poespas. En hij rijdt goed. Heel goed.
De EQB doet zich niet anders voor dan hij is. Hij racet niet tegen Tesla’s bij het stoplicht, doet niet alsof hij een Lamborghini-ontwerpprijs heeft gewonnen en verkoopt je geen rallyheldenfantasie bij elke rit. De EQB is als een goede levenspartner: rustig, betrouwbaar, comfortabel, nooit zeurend, altijd aanwezig als je hem nodig hebt.