MG: Eeuw van Open Rijplezier van 'Old Number One' tot Elektrische Cyberster
MG viert dit jaar zijn 100-jarig bestaan. In de vroege jaren 1920 begon het merk als een kleine Britse werkplaats die sportieve carrosserieën bouwde voor Morris-productiewagens.
De 'Old Number One' uit 1925 (FC 7900) was technisch gezien niet de eerste MG, maar geldt wel als het beginpunt van het merk. Deze lichte wagen, gebouwd voor Cecil Kimber, had een 1,5-liter motor met 40 pk en behaalde bij zijn debuut een gouden medaille in de Lands End Trial. In dezelfde periode lanceerde MG de 14/28 Super Sports. Deze was gebaseerd op de Morris Oxford, leverde 20 tot 28 pk, maar viel vooral op door zijn elegante en lichte ontwerp, waarmee het de eerste serieproductie-MG werd.
De MG 18/80 uit 1928 was de eerste MG die niet op Morris-techniek gebaseerd was. Met een zescilinder 2,5-liter motor van zo'n 60 pk kreeg MG een eigen technische en visuele identiteit. Prototypes als de MG 8/33 Midget vormden de opmaat naar de legendarische M-serie, waarmee race-techniek naar de openbare weg kwam.
De van 1929 tot 1932 gebouwde M-Type Midget woog slechts 585 kg, leverde 20 pk en maakte sportwagens toegankelijk voor een breder publiek. Het model inspireerde diverse lichte afgeleiden, waaronder de C-Type met zijn 746 cc grote, opgevoerde motor die meer dan 120 km/u haalde, en de populaire J-Type-serie. De MG K3 Magnette boekte serieuze raceoverwinningen met zijn 1,1-liter compressormotor van 120 pk, en werd slechts 33 keer gebouwd.
Van 1936 tot 1955 groeide de T-serie (TA, TB, TC, TD, TF) uit tot hét MG-icoon. Vooral de naoorlogse MG TC was met 10.001 exemplaren, grotendeels voor de VS, aanjager van de Amerikaanse roadster-rage. De TD introduceerde onafhankelijke voorwielophanging, terwijl de TF een lagere, gestroomlijnde carrosserie kreeg.
In 1955 brak de MGA radicaal met de traditie van de T-serie. Deze had een aerodynamisch lage carrosserie, een nieuw chassis en als Twin Cam-variant tot 108 pk. Er werden er meer dan 100.000 van verkocht, destijds een record voor MG.
De MGB Roadster, gebouwd van 1962 tot 1980, werd het verkoopkanon van MG. Met zijn 1,8-liter motor van 95 pk was hij praktisch, onderhoudsvriendelijk en geliefd; er rolden ruim 386.000 van de band. De MGC Roadster voegde een zescilinder motor en wat GT-luxe toe, maar bleef zeldzaam met slechts 8.999 stuks.
Na de crisis en productiestop in de jaren 80 keerde MG begin jaren 90 kort terug met de RV8, een gemoderniseerde MGB met Rover V8, vooral gericht op Japan. Daarna volgden de middenmotor MG F (1995) en zijn update, de TF (2002), de laatste roadsters voor het faillissement in 2005 en de daaropvolgende merktransformatie.
In 2024 presenteerde MG de Cyberster: de eerste volledig elektrische roadster van het merk. Qua proporties een knipoog naar de MGB, maar qua uitvoering futuristisch met omhoog scharnierende 'scissor'-deuren, LED 'magic eye'-koplampen en pijlvormige achterlichten. Er zijn varianten met één of twee elektromotoren, voor bereik of prestaties, waarbij de topversie in minder dan drie seconden op 100 km/u zit.
Door een eeuw van technologische en economische veranderingen heeft MG altijd vastgehouden aan zijn basisidee: roadsters bouwen die emotie en rijplezier bereikbaar maken voor een breed publiek. 'Old Number One' en de Cyberster liggen technisch mijlenver uit elkaar, maar delen dezelfde belofte: autorijden moet een belevenis zijn, geen verplichting.
