Ferrari weigert zijn ziel op te geven: de V-motoren blijven nog jaren leven

Ferrari heeft bevestigd dat het tot het einde van dit decennium niet volledig elektrisch zal gaan. Hoewel het merk onlangs details onthulde over zijn eerste elektrische grand tourer, blijft de strategie tot 2030 duidelijk gemengd: 80 procent van het aanbod blijft voorzien van verbrandingsmotoren, al dan niet gecombineerd met hybride systemen.

Deze toewijding werd onderstreept tijdens Ferrari’s Capital Markets Day in Maranello, waar leidinggevenden duidelijk maakten dat de ontwikkeling van de kenmerkende V6-, V8- en V12-motoren nog lang niet voorbij is. Deze krachtbronnen worden opnieuw ontworpen om te voldoen aan strengere emissienormen en kunnen in de toekomst mogelijk draaien op alternatieve brandstoffen zodra die breder beschikbaar zijn.

Ferrari’s routekaart verdeelt het gamma in heldere verhoudingen: 40 procent puur verbrandingsmotoren, 40 procent hybrides en 20 procent volledig elektrische auto’s. Volgens het bedrijf biedt deze evenwichtige aanpak strategische flexibiliteit, zodat klanten kunnen kiezen tussen de stille kracht van elektriciteit of het rauwe gebrul van zuigers.

Maranello blijft bewust terughoudend over toekomstige EV’s. Behalve de introductie van de Elettrica heeft Ferrari niet bekendgemaakt welke batterijmodellen zullen volgen, maar wel bevestigd dat er tussen 2026 en 2030 elk jaar vier nieuwe modellen verschijnen. Minstens één daarvan, zo werd gesuggereerd, zou nog dit jaar kunnen debuteren.

Terwijl concurrenten het afscheid van hun verbrandingsmotoren vieren, weigert Ferrari zich neer te leggen bij de stilte. Voor Maranello zijn geluid, trillingen en mechanische ziel net zo essentieel als vermogen en snelheid. De V12 is geen overblijfsel uit het verleden, maar een symbool van vrijheid — en Ferrari lijkt niet van plan die vrijheid op te geven.