CUPRA Raval: Barcelonese flair nog steeds gehuld in camouflage

Aan de vooravond van de IAA Mobility-show speelde CUPRA een vertrouwde troef uit: een onthulling die vooral draaide om sfeer, niet om details. Het merk presenteerde de Raval in een camouflagewrap, geïnspireerd op de straten van de Barcelonese wijk El Raval. Daarmee verwijst CUPRA naar de culturele energie en het onstuimige karakter van de naam. Technisch gezien is dit echter een project van de Volkswagen Groep: een compacte elektrische auto van vier meter op het MEB+-platform.

De Raval wordt in 2026 verwacht en is de eerste van de zogenoemde Electric Urban Car-familie van de Groep, een viertal kleinere modellen verdeeld over verschillende merken. De productie vindt plaats in Martorell en het project wordt gepresenteerd als het "democratiseren" van elektrische mobiliteit—oftewel: een betaalbare EV voor een breed publiek.

CUPRA benadrukt dat de Raval zijn emotionele kern en focus op de bestuurder niet zal verliezen. Er wordt onder meer een met 15 millimeter verlaagd onderstel beloofd, scherpere besturing en in de topversie een 166 kW sterke motor, een VAQ-elektronisch sperdifferentieel en kuipstoelen in racestijl. Op papier zijn dit geen baanbrekende cijfers, maar qua marketing sluiten ze naadloos aan bij de bekende CUPRA-thema’s van "rebellie" en "straatenergie".

De afmetingen—4,05 meter lang en een wielbasis van 2,6 meter—vertellen een ander verhaal: dit is in de eerste plaats een stadsauto. Met voorwielaandrijving zal hij geen dynamische revolutie ontketenen, maar dat hoeft ook niet. De Raval draait minder om rondetijden en meer om het herdefiniëren van de kleine EV als iets begeerlijks, stoers en uitgesproken stedelijks.

De volledige onthulling en marktintroductie laten nog een jaar op zich wachten. Voorlopig moet het publiek het doen met een vinylwrap en CUPRA’s herhaalde boodschap dat het merk "meer is dan een auto".