Als een infuus: automobilisten kunnen hun telefoon niet loslaten achter het stuur

Automobilisten, we moeten praten. Niet over te hard rijden. Niet over sirenes. Maar over dat kleine wondertje van glas en elektronica dat inmiddels de beste vriend én de grootste bedreiging van de auto is geworden: de smartphone.

In mei van dit jaar liet de Estse Transportadministratie een onderzoek uitvoeren naar verkeersgedrag. De resultaten zouden eigenlijk op elk waarschuwingsbord in het land moeten staan: twee op de drie bestuurders gebruiken hun telefoon tijdens het rijden. En dat is niet alleen 'even mijn moeder bellen'—14 procent geeft toe het regelmatig te doen. Inderdaad, terwijl de auto rijdt. Inderdaad, met hun eigen vingers.

Vorig jaar lag het cijfer nog op 60 procent. Nu is het 65 procent. Een stijging van vijf punten lijkt misschien klein, tot je beseft dat dit neerkomt op honderden bijna-ongelukken en meer dan een paar echte aanrijdingen.

Wat zegt dit ons? Dat campagnes, boetes en YouTube-filmpjes niet werken. Zolang de telefoon zichzelf nog niet kan besturen en remmen, lukt het veel automobilisten simpelweg niet om beide handen aan het stuur te houden. Eén hand is immers druk bezig met Instagram.

Telefoongebruik achter het stuur komt het meest voor bij mensen tussen de 25 en 49 jaar, waarbij de hoogste cijfers te vinden zijn in de groep van 35 tot 49 jaar. De cijfers laten ook zien dat bestuurders die hun telefoon gebruiken vaak meer verdienen, vaker ouder zijn en, niet verrassend, vaker man dan vrouw zijn.

Ten opzichte van vorig jaar is het aandeel bestuurders dat zichzelf door afleiding in gevaar bracht met 4 procent gestegen. Zo'n 26 procent zegt gevaarlijke situaties te hebben meegemaakt door andere taken, waarvan 7 procent direct verband houdt met telefoongebruik.

Gelukkig is er ook goed nieuws. Bijna iedereen draagt een gordel: 97 procent van de bestuurders, 98 procent van de passagiers voorin en 87 procent van de achterpassagiers klikken zich steevast vast. Onder ouders geeft 96 procent aan dat hun kinderen tot 15 jaar altijd goed vastzitten met een gordel of passend kinderzitje.

Ook bandveiligheid krijgt meer aandacht. Tweeënzestig procent van de bestuurders houdt de leeftijd van hun banden in de gaten, zodat deze niet ouder dan vijf jaar worden. In de winter reed 60 procent op spijkerbanden en koos 37 procent voor all-season banden—een trend die de laatste jaren stabiel blijft.

Het doel van het onderzoek was om verkeershoudingen en -gedrag in kaart te brengen en deze te vergelijken met voorgaande jaren. De gegevens werden verzameld via online enquêtes en telefonische interviews, met deelname van 1.724 volwassen Esten.